In dit tweede artikel van onze artikelenreeks, waarin we een integrale kijk op de oorzaken van burn-out ontwikkelen, ‘zoomen’ we eerst uit van het individu en zijn werksituatie naar de brede maatschappelijke context. Wat zouden de bredere maatschappelijke ontwikkelingen zijn die bijdragen aan een groeiend stress-niveau van de werkende mens.

Daarvoor kijken we eerst de ernst van de situatie, met de focus op Nederland. En waar heeft de groei van het probleem zich de afgelopen jaren vooral plaatsgevonden. Dan leggen we een verband met onderliggende maatschappelijke stress-verhogende trends. Deze trends vormen de achtergrondruis, die ziekmakende factoren dichter op de huid, in het dagelijkse werk en privéleven, kunnen versterken.


 

Stress-epidemie in cijfers

Uit onderzoek van het CBS, TNO en anderen blijkt, dat het percentage werknemers met burn-out klachten gestaag toeneemt sinds 2002. Daarvóór schommelde het percentage tussen 8-10%. Daarna begon de opmars via 11% in 2007, 13% in 2010 en bijna 14,4% in 2014. Op dat moment mochten we al best wel spreken van een epidemie. Ook daarna ging de opmars verder: in 2021 leed 17% van de werkende bevolking aan burn-out klachten (bron: NOS). In het algemeen: “Sinds de dreiging van Covid afneemt stijgt het psychosociaal ziekteverzuim ongekend snel” (bron: TNO/CBS).

werknemers met burn-out klachten

In het omliggende buitenland is dit al niet veel anders. Zo bedraagt in België het percentage werknemers met burn-out symptomen 10%. In het Verenigd Koninkrijk volgens een onderzoek uit 2015 zelfs 30%.

Plaatsen we de verslechterende tendens in een breder kader, dat blijkt uit onderzoek uit 2013 van BlessingWhite Research, dat 19% van de Europese werknemers totaal niet (meer) geëngageerd of gedesillusioneerd te zijn, met een navenant lage bijdrage. Daar bovenop behoort nog eens 13% tot de categorie ‘crash & burners’: zeer productief maar met een zorgwekkend laag niveau van arbeidsvreugde en afnemende betrokkenheid. Slechts 31% van de workforce in de EU is echt geëngageerd in het werk. Dit resultaat wordt ook gestaafd door onderzoek van Stepstone uit 2012, dat aangeeft dat werknemers in de EU hun arbeidsvreugde scoren met een magere 5,1. Er is dus helaas ruimte voor verdere verslechtering.

Kijken we nog een niveau dieper: waar is de groei het hardst? – dan levert een vergelijking tussen CBS cijfers van 2002 en 2014 het volgende beeld op:

  • De grootste groei is te zien in het onderwijs (van 12% naar 21%) en de gezondheidszorg (9% naar 15%)
  • Ook in de zakelijke- (van 11% naar 14-17%) en financiële dienstverlening (van 6% naar 16%) neemt de spanning toe;
  • Vroeger was burn-out een crisis die vooral oudere medewerkers boven de 45 trof. Inmiddels slaat burn-out evenredig toe onder alle leeftijdscategorieën, ‘zelfs’ jongeren.

Maatschappelijke verklaringen voor de stress ‘epidemie’

Als we deze cijfers op ons in laten werken en tegen een aantal maatschappelijke trends houden, dan dringt zich een samenhang op met:

  • toenemende ervaren werkdruk en arbeidsvervreemding (verminderde zinbeleving). Denk daarbij ook aan doorgeslagen productiviteitsmeting, volgsystemen en bureaucratisering (gezondheidszorg, onderwijs) en prestatiebeloning (commerciële sector);
  • afnemende zekerheid, loyaliteit en ondersteuning tussen werkgever en werknemers en tussen werknemers onderling. Denk eens aan de flexibilisering van de arbeid – termijncontracten, oproepkrachten, uitzendkrachten, zzp’ers – vooral onder jongere werknemers en in al deze sectoren;
  • groeiende participatie van werknemers met een buitenlandse achtergrond en toenemende spanningen tussen bevolkingsgroepen en discriminatie. Zij hebben het sowieso al moeilijker en lijden daardoor extra vaak onder stress en burn-out;
  • toenemende belasting door het alles doordringende gebruik van social media en smartphones – wat dan weer twee andere trends faciliteert en versterkt:
  • druk vanuit een epidemische prestatie-, creativiteits- en imago-cultus (de dwang om je voortdurend ‘positief’ te onderscheiden), de fun-cultuur van het dwangmatig ‘cool’ en ‘positief’ zijn; en
  • 7×24 uur bereikbaarheids- en responsdruk, hand-in-hand met het verdwijnen van de stilte, de rust, de leegte, de zalige momentjes van verveling en contemplatie.

En dichterbij dan?

Niemand zal ontkennen, dat deze factoren bijdragen tot een algeheel toenemende stress-verhogende achtergrondruis in de samenleving. Ze komen bovendien vooral ook via het werk rechtstreeks en vaak versterkt bij mensen binnen.

Toch blijkt, dat de effecten van deze ontwikkelingen niet in elke organisatie en bij iedere werknemer evenredig terugkomen. Het is dan ook interessant na te gaan welke organisatorische factoren deze maatschappelijke effecten versterken. Factoren die maken dat sommige organisaties of organisatie-onderdelen ziekmakend zijn. Of juist bijdragen aan een verminderde stressdruk dan wel een hogere stress-bestendigheid bij medewerkers. Arbeidsvreugde speelt daarin een belangrijke rol.

Maar eerst kijken we welke persoonlijke risicofactoren ertoe bijdragen dat sommige mensen onder dezelfde omstandigheden wel (of eerder) burn-out raken dan anderen.

© Gerphil Kerkhof | maart 2017 (bijgewerkt augustus 2023)

 


Tot slot

Ben je, mede naar aanleiding van dit artikel en andere artikelen van mij over burn-out, benieuwd wat ik jou zou kunnen bieden? Hoe ik jou zou kunnen begeleiden in het aangaan van jouw burn-out?

Kijk dan eens op mijn pagina’s over burn-out coaching en therapie. Of vraag meteen een afspraak aan voor een eerste sessie/kennismaking. Dat kan zeker ook heel goed online.

Geen artikel willen missen? Abonneer je dan op de Nieuwsbrief – voor een bericht als er weer een publicatie is.